De middenklasse en haar spiegelbeeld

(1) Thuis (1995 –)

Op 23 december 1995 werd de eerste aflevering van Thuis uitgezonden op TV 1, het huidige VRT 1. Vlaanderens populairste soap vangt aan in het huis van Frank Bomans en Jenny Verbeeck, een kleine uit rode bakstenen opgetrokken rijwoning. Frank leest Het Laatste Nieuws in een leren zetel, aan de keukentafel herstelt Jenny Franks werkbroek. De telefoon gaat en Frank neemt op. Het is zijn minnares, Simonne. Hij sist haar toe dat ze hem niet zomaar thuis mag opbellen.

Een aantal afleveringen later krijgt het koppel bezoek van een vakbondsafgevaardigde. Na een staking werd Frank ontslagen bij Vercammen, het loodgietersbedrijf waar hij al twintig jaar werkt. De vakbondsafgevaardigde raadt Frank aan om zich te verontschuldigen bij Vercammen zodat het niet tot een rechtszaak komt, maar Frank is te trots. Later zal Simonne, secretaresse bij Vercammen, met haar baas slapen om Franks job alsnog te redden.

Ook in de eerste aflevering zit dokter Walter Dedecker aan tafel in zijn statige witte herenwoning wanneer Felicienne, de huishoudster, het salon binnenkomt. “Nog wat koffie, meneer doktoor?” vraagt ze. In de zetel kijkt Tom, de verwende rijkeluiszoon die niets van zijn rechtenstudie bakt, naar Kurt Cobain op televisie. Wat later zien we Marianne, de moeder van Tom: rokend in de zetel bladert ze door een magazine. Op de achtergrond speelt klassieke muziek. Felicienne vraagt of Marianne ’s avonds mee-eet, maar ze “gaat nog de stad in”. “We zijn niet goed genoeg voor Madame la comtesse”, mompelt Felicienne tegen Jenny, die bijspringt in het huishouden. Als wraak stelen de vrouwen champagne uit de kelder. Later in het seizoen ontdekt Marianne de affaire van haar man met Rosa Verbeeck, de kapster van het dorp. Vooral de lagere stand van de minnares van haar echtgenoot vernedert Marianne diep.

Meer dan 25 jaren en evenveel seizoenen later ziet de serie er helemaal anders uit. Rosa en Marianne, voormalige rivalen, keuvelen samen in de lokale wijnbar en zijn lid van dezelfde boekenclub. Frank en Simonne zijn grootouders geworden. Frank draagt weliswaar nog steeds zijn leren jas en drinkt nog steeds pintjes, maar de agressie is uit zijn personage verdwenen. Als een folklorefiguur zit Frank aan de toog van Bar Madam. Soms windt hij zich nog op, maar niemand lijkt nog echt naar hem te luisteren. Waldek, de Poolse loodgieter die ooit samenwerkte met Frank, is nu gepassioneerd door natuurwijn en zijn wijngaard. Waldek is lang niet de enige ondernemer in het dorp. Hippe concepten schoten er als paddenstoelen uit de grond. Zo is er een evenementenbureau, een B&B, een wijnbar, een wijnwinkel, de start-up Boowie, gespecialiseerd in virtual reality, (interieur)architectuur en escaperooms, en het concurrerende ACE, een bedrijf in groene en duurzame energie.

De eerste seizoenen van Thuis werden bevolkt door met klare lijn getekende karikaturen: de opvliegende loodgieter, de autoritaire baas, de maîtresse, de eerzuchtige dokter, de hautaine doktersvrouw, de onschuldige dochter en het foute vriendje. Via uitvergroting representeerden deze stereotypen sociaaleconomische posities. De dramatische handeling van het televisieprogramma kwam voort uit het conflict tussen deze posities.

Het heldere maatschappelijke schema van de eerste seizoenen maakt plaats voor een meer egalitair beeld in de laatste seizoenen. Het voormalige onderhoudspersoneel wordt niet meer gepresenteerd: de poetsvrouwen en diensters zijn uit de serie verdwenen, maakten promotie of begonnen zelf te ondernemen. Personages als Eddy, Frank en Nancy, de karikaturen van de (ex-)werkende klasse zijn er nog wel. Ze dragen nog steeds pantermotieven en leren jassen, spreken nog steeds met plat Gents of Antwerps accent, maar draaien nu zonder morren mee in de start-ups van de nieuwe generatie. Ze hebben hun pintje bier ingeruild voor een glas betere natuurwijn. Ook de hogere klasse is minder expliciet aanwezig. Marianne is niet langer ondubbelzinnig arrogant en de voormalige, uitbuitende werkgevers maakten plaats voor ondernemers met een humaan gezicht. Adil Bakkal, oprichter van ACE, gedraagt zich, in tegenstelling tot Vercammen, als een minzame vriend van zijn werknemers.

Ook op het vlak van diversiteit is er veel veranderd. De cast telt meer acteurs van kleur en we maken kennis met LGBTQIA+ personages. Toch zijn de personages in zekere zin eentoniger geworden doordat de sociaaleconomische verschillen zijn afgevlakt. Wat dat betreft zijn de personages steeds meer op elkaar gaan lijken. Hun kleren zouden in één winkel gekocht kunnen zijn: geen kostuums, maar kledij. Ook de locaties lijken inwisselbaar. De cafés, kantoren, livings en keukens zijn allemaal zo “gezellig” en “smaakvol” ingericht dat de acteurs er zelf in zouden kunnen wonen: geen decors, maar interieurs.

(2) Thuis (1995 –)

Toch blijft de soap-constructie in Thuis vandaag nog wel duidelijk voelbaar. Denk aan de dramatische seizoensfinales waarin het Thuis-dorp ten minste één keer per seizoen wordt opgeschrikt door een moord, ontvoering of verkrachting. In de nieuwe VRT-successerie Dertigers is het drama daarentegen alledaagser. Ze toont onze kleine problemen, angsten en verlangens. De pers verklaart haar succes steevast door deze “herkenbaarheid”. De serie gaat over slippertjes, kinderwensen, adoptie, daten, relaties, renovaties, onderlinge ergernissen en hypotheekrentes.

Ook de speelstijl in de Vlaamse soap onderging een metamorfose. De acteurs die vijfentwintig jaar geleden de karikaturale personages van Thuis vertolkten, waren beroepsuitbeelders. Hun personages waren sjablonen waarvan ze zich konden bedienen. Er bestond een afstand tussen de acteur en het personage, waarmee gespeeld kon worden. De nieuwe generatie soapacteurs daarentegen leunen veel dichter aan bij de personages die ze vertolken. Deze acteurs zijn ook niet bekend, het zijn geen sterren die we al in andere rollen zagen schitteren. Bovendien zijn de dialogen nonchalant en grotendeels geïmproviseerd. Ze spreken ook geen dialect meer, maar tussentaal. Dit alles maakt de personages relatable: het zijn persoonlijkheden, geen karikaturen. De gespeelde natuurlijkheid van de jongere acteurs lijkt op de gespeelde natuurlijkheid die we zouden kunnen gadeslaan op een terrasje: het is geen dialoog, maar gepraat. De personages lijken op ons, de personages lijken op elkaar en de personages lijken op de acteurs.

Zoals in Dertigers moeten ook de Thuis-acteurs tegenwoordig vooral zichzelf zijn. Zonder enig zelfbewustzijn over de eigen maatschappelijke positie vertolken de acteurs zichzelf. Wanneer de afstand tussen de acteur en zijn personage verdwijnt, verdwijnt ook het bewust inzetten van de fictie: zonder afstand, geen perspectief. Zo wordt identificatie met de ander overbodig, want die ander ben jijzelf. Identificatie vraagt om een verschil tussen jou en dat wat anders is. Door een beroep te doen op onze verbeelding kunnen we ons identificeren met dat andere, met datgene wat je niet bent: een barones, een dienster, een loodgieter of een dokter. Deze fictieve personages hebben het potentieel een stem te geven aan de verschillende sociale klassen en andere groepsidentiteiten, om met de textuur van een samenleving te werken. Het verdwijnen van die mogelijkheid tot identificatie gaat gepaard met het onzichtbaar worden van de sociaaleconomische posities. Zo is het einde van de representatie in het acteren verknoopt met het einde van de maatschappelijke representatie.

De personages en thema’s in hedendaagse soaps lijken relatable, maar voor wie? Hoewel divers op het vlak van kleur en seksuele geaardheid, behoren alle personages tot dezelfde middenklasse. Thuis is in die zin meer op Dertigers gaan lijken. Bij de aanvang van de serie vond het drama nog plaats tegen een achtergrond van een sociaal spanningsveld. De personages representeerden verschillende sociaaleconomische posities die dialectisch tegenover elkaar werden geplaatst. Nu wordt één cultuur als de legitieme naar voren geschoven en worden maatschappelijke antagonismen genegeerd.

Zo illustreren Thuis en Dertigers vandaag een veranderende tijdgeest. Midden jaren negentig toonde Thuis ons nog een al dan niet impliciet bewustzijn van een sociaal reliëf. Vandaag lijkt dat nog amper aanwezig. De personages uit de eerste Thuis-afleveringen waren duidelijk fictieve constructies. De personages waren als bouwwerken: gebouwd, bedacht en dus maakbaar en veranderlijk. De relatability van de huidige soappersonages veegt dat idee van tafel. Hun levens worden voorgesteld als authentiek, waarachtig en universeel. Wat authentiek is, is echt en dus niet gemaakt, niet veranderlijk. De verbeelde wereld lijkt de enig mogelijke, een andere zou niet realistisch zijn. Schuilt in deze authenticiteitsclaim een normatieve eis? Verraadt deze een-op-eenverbeelding een vorm van machteloosheid? Zo is de wereld en zo zal die er morgen ook nog uitzien. De middenklasse en haar besognes, verder niets.

(3) Dertigers (2020 –)

ARTICLE
28.02.2024
NL
In Passage, Sabzian invites film critics, authors, filmmakers and spectators to send a text or fragment on cinema that left a lasting impression.
Pour Passage, Sabzian demande à des critiques de cinéma, auteurs, cinéastes et spectateurs un texte ou un fragment qui les a marqués.
In Passage vraagt Sabzian filmcritici, auteurs, filmmakers en toeschouwers naar een tekst of een fragment dat ooit een blijvende indruk op hen achterliet.
The Prisma section is a series of short reflections on cinema. A Prisma always has the same length – exactly 2000 characters – and is accompanied by one image. It is a short-distance exercise, a miniature text in which one detail or element is refracted into the spectrum of a larger idea or observation.
La rubrique Prisma est une série de courtes réflexions sur le cinéma. Tous les Prisma ont la même longueur – exactement 2000 caractères – et sont accompagnés d'une seule image. Exercices à courte distance, les Prisma consistent en un texte miniature dans lequel un détail ou élément se détache du spectre d'une penséée ou observation plus large.
De Prisma-rubriek is een reeks korte reflecties over cinema. Een Prisma heeft altijd dezelfde lengte – precies 2000 tekens – en wordt begeleid door één beeld. Een Prisma is een oefening op de korte afstand, een miniatuurtekst waarin één detail of element in het spectrum van een grotere gedachte of observatie breekt.
Jacques Tati once said, “I want the film to start the moment you leave the cinema.” A film fixes itself in your movements and your way of looking at things. After a Chaplin film, you catch yourself doing clumsy jumps, after a Rohmer it’s always summer, and the ghost of Akerman undeniably haunts the kitchen. In this feature, a Sabzian editor takes a film outside and discovers cross-connections between cinema and life.
Jacques Tati once said, “I want the film to start the moment you leave the cinema.” A film fixes itself in your movements and your way of looking at things. After a Chaplin film, you catch yourself doing clumsy jumps, after a Rohmer it’s always summer, and the ghost of Akerman undeniably haunts the kitchen. In this feature, a Sabzian editor takes a film outside and discovers cross-connections between cinema and life.
Jacques Tati zei ooit: “Ik wil dat de film begint op het moment dat je de cinemazaal verlaat.” Een film zet zich vast in je bewegingen en je manier van kijken. Na een film van Chaplin betrap je jezelf op klungelige sprongen, na een Rohmer is het altijd zomer en de geest van Chantal Akerman waart onomstotelijk rond in de keuken. In deze rubriek neemt een Sabzian-redactielid een film mee naar buiten en ontwaart kruisverbindingen tussen cinema en leven.