← Part of the Collection:

“Filmmaken is heus niet zo moeilijk”

Eric de Kuyper over Casta Diva en Naughty Boys

Na zijn debuut Casta Diva (1982) leverde Eric de Kuyper in 1984 Naughty Boys af. Een nieuwe film van de Belgische regisseur die tot dan toe vooral actief was geweest als televisieproducent- en programmator, schrijver, docent en onderzoeker, en bij het Vlaamse publiek vooral bekend was als de voormalige “inleider” van De Andere Film, een programma op de openbare omroep waarmee hij Vlaanderen trachtte vertrouwd te maken met de undergroundfilm.1

(1) Naughty Boys (Eric de Kuyper, 1984)

Andere Sinema: We zagen onlangs op het Gentse Filmgebeuren de avant-première van Naughty Boys, uw recentste werkstuk. Op de generiek verschijnt: “a sad musical comedy”. Hoezo?

Eric de Kuyper: Met Naughty Boys heb ik geprobeerd een soort hulde te brengen aan de oude musical, aan de oude komedies ook, de salonkomedies. Het is een hele sfeer die we nu niet meer kennen, die uit die films spreekt. Noem het een soort heimwee van mij naar dat soort films, hoewel ik ook wel besef dat dat soort niet meer kan gemaakt worden op die manier. 

Vanwaar dat heimwee?

Tja, vanwaar komt heimwee? Gewoon als je over de straat loopt en je ziet de hedendaagse wereld: McDonald’s, Coca Cola, Club Mediterannée, enz., dan merk je dat alles gestandaardiseerd is. Alles is op maat afgestemd. Er is weinig ruimte voor de luxe als het ware om je je eigen smaak nog te kunnen veroorloven. En die luxe was er dus vroeger wel; nu is dat sowieso niet meer mogelijk. Zelfs mensen met geld, veel geld, kunnen zich die luxe – want zo noem ik het – niet meer permitteren. De esthetiek in de dagelijkse omgang, dat is het, en dat is niet meer van deze tijd. Alles moet efficiënt, snel, makkelijk, praktisch... Geen tijd meer om na te denken over hoe we leven, hoe we met mensen omgaan, enz. En dat vind ik toch wel belangrijk. Vandaar dat heimwee. 

Heimwee naar iets dat voorbij is, dat is evident. Maar dus ook iets dat er nog zou moeten zijn? Waarom? 

Omdat dat te maken heeft met de kwaliteit van het leven. De intensiteit van het gewone dagelijkse leven. In Frankrijk hebben ze tegenwoordig zelfs een ministerie voor “la qualité de la vie”, alsjeblief. Dus het is duidelijk dat er wat mis is, als er al een ministerie nodig is om zich te ontfermen over de kwaliteit van het dagelijkse leven ...

En die standaardisering brengt geen nieuwe luxe mee? 

Och ja, alles is vlotter en efficiënter. Maar het brengt inderdaad weinig mee dat je overhoudt. Men denkt tegenwoordig altijd maar vanuit geld en financiële mogelijkheden en dat is ,juist wat ik probeer duidelijk te maken, in mijn films ook: daar gaat het niet om. Je kan met heel weinig middelen die sfeer en die gevoelens, die luxe oproepen, creëren, En dat doe ik dan ook: ik gun mezelf die luxe, ik probeer in die sfeer te werken, met mensen om te gaan. Dat moet je voor jezelf verwerven, dat kan in normaal werk niet. Maar nogmaals, het is geen kwestie van geld, maar van instelling, mentaliteit. 

Maar toch heb je in 1982 Casta Diva gemaakt en in 1983 alweer Naughty Boys ... Toch niet een zekere druk van het productiemechanisme? 

Neen. Ik bepaal dat zelf en ik behoud mij ook die vrijheid voor. Het bleek nu dat Casta Diva nogal insloeg en dat de mensen die hebben meegewerkt erg graag nog een tweede film wilden maken samen. Ik vond trouwens dat ik hun dat schuldig was en ik vond ook dat ik als cineast, als ik de kans kreeg om vrij snel weer een film te maken, ik die ook moest grijpen, omdat ik het ook zelf wou. Daarom zullen er misschien ook snel nog wel weer een derde en een vierde en misschien wel een vijfde volgen ... Maar ik bepaal dat wel zelf. Van zodra ik dat ritme niet meer zelf kan bepalen, hou ik ermee op. Zo is het overigens ook met mijn lesgeven: als ik voel dat het systeem van het onderwijs mij te zeer zou gaan beklemmen, dan stap ik eruit. Wat bovendien het systeem van de filmbusiness betreft: ik kende dat wel door en door voor ik mijn eerste film maakte, ik was niet naïef. Via de televisie heb ik 20 jaar de kans gehad om alles goed te observeren, de gevaren te zien, van collega’s en hun fouten te leren. 

Voelde je je dan niet goed bij die vroegere werkomstandigheden of waarom kom je er dan ineens op om films te gaan maken, misschien wel een paar jaar na mekaar? 

Dat gaat eigenlijk allemaal heel toevallig. De omstandigheden waren er. En de mensen. Op een bepaald moment waren er een tiental mensen die graag met film bezig waren en mij daarbij betrokken. En ja, waarom zouden we het er dan niet eens op wagen? 

En dan denk je, zonder enige echte ervaring: ik kan dat?

Ach, filmmaken is heus niet zo moeilijk, alleszins niet moeilijker dan andere dingen die ik gedaan heb. Een proefschrift maken is ook erg moeilijk. Je moet alleen altijd een goed overzicht hebben, je eigen mogelijkheden en beperkingen inschatten. 

Toch worden Casta Diva en Naughty Boys meteen tot een nieuw, vooruitstrevend soort films gerekend, zomaar. Waar haal je dan als beginnend regisseur die inzichten? 

Ik ben wel altijd veel met film bezig geweest en heb dus receptief veel opgestoken: als recensent, als filmtheoreticus of -historicus, als filmdocent, zelfs coscenarist ... Toen ik zelf films ging maken, vond ik het dan ook niet moeilijker dan iets anders wat ik deed of gedaan had. Maar wat jij het vooruitstrevende noemt aan Casta Diva en Naughty Boys: ik heb gewoonweg altijd heel veel films gezien en ik heb geen zin om dat over te doen. Wat al bestaat, is zoveel beter gedaan dan ik het zou kunnen, dat ik liever iets anders doe, iets wat ikzelf wil doen, vanuit mezelf.

(2) Naughty Boys (Eric de Kuyper, 1984)

Vind je de reacties achteraf van pers en publiek belangrijk? Doet je dat wat of zeg je dan: ik heb mijn film gemaakt en ze zien maar?

Ik vind de reacties zeer interessant. De pers dat is een verhaal apart; ik ken dat mechanisme, dat zijn collega’s. Maar het publiek, dat is interessant; ik weet heel goed wat ik gemaakt heb en daarom is het interessant om dat met reacties te confronteren. Voor Naughty Boys is het nog te vroeg, maar bij Casta Diva waren heel verrassende, interessante responsen. Vooral boeiend aan de discussies achteraf was dat ze niet gingen over: waarom maak je nu zo’n film en waarover gaat het nu eigenlijk, maar over details; reacties, emoties van de kijkers bij kleine dingen. Dat was leuk, want ik weet dat Casta Diva geen gemakkelijke film is; anderzijds dwing ik de kijker natuurlijk wel om nauwlettend de details gade te slaan. Maar daardoor konden ze ook heel specifieke, pertinente vragen stellen. 

Naughty Boys is op dat vlak wel heel anders, soepeler, toegankelijker misschien. Een bewuste keuze?

Jazeker, ik wou niet tweemaal naeen met hetzelfde doorgaan. Ik wou mezelf niet herhalen, Naughty Boys moest iets totaal anders zijn, waardoor hij ook in veel opzichten net het tegenovergestelde is van Casta Diva

Toch is er weinig verschil tussen beide film, denk ik: het gaat over dezelfde emoties, dezelfde registers. Vooral het uiterlijk is aangepast. Casta Diva is rauwer, bruter, zou ik haast zeggen, waardoor je je natuurlijk ook kwetsbaarder opstelt. Maar ook reacties van het publiek loswerkt. Ik zal niet zeggen dat ik ze dwing, het is eerder een soort hypnotiseren. Wie er niet kan inkomen, haakt gewoon af of valt in slaap. De mensen worden niet gedwongen iets te zien, te ervaren, te voelen. Ze willen het of ze willen het niet. 

Een naam als “mannenfilm” voor Casta Diva, dat ligt u niet?

Ja, dat vind ik vervelend, want dan begint men een etiket te plakken. Dat is iets van het systeem waar ik me niet altijd kan van vrijwaren. Casta Diva is nochtans duidelijk geen politieke stellingname, politiek-seksuele dan. Als ik dan zo’n etiket opgeplakt krijg, word ik wel een beetje woest, ja. Casta Diva is ook besproken als een homoseksuele film. Dan zeg ik: waar heb je dat gezien, wanneer zeg ik zoiets? Dat zijn te gemakkelijke catalogiseringen, je wordt in een hokje geduwd. 

Op welke manier werkt Eric de Kuyper eigenlijk met een ploeg?

Dat vind ik een heel belangrijk punt! Ik weet uit ervaring hoe veel andere mensen films maken of gemaakt hebben en ik had voor mezelf besloten: nou, op die manier maak ik vast geen films! Alleen wist ik niet zo meteen hoe eraan te ontsnappen. Maar voor mij, zoals ik eerder ook al aangaf, is een film maken een soort feestje, een soort plezierige samenwerking van verschillende mensen die graag met elkaar werken. En dat is de basis geworden. Ik heb al vaker gezegd dat Casta Diva een soort “homemovie” is, en eigenlijk is Naughty Boys dat ook. Het zijn films gemaakt met, voor en door vrienden. Een beetje op de manier waarop Jean Renoir ook zijn films maakte. Film mag geen frustrerende karwei worden, met spanningen en veel moeilijkheden. Daarom heeft het ook zolang geduurd voor ik mijn eerste film maakte: daarvoor voelde ik me niet rijp om een film zo te draaien als ik wilde. Het is een kwestie van vertrouwen tussen een groep mensen, zonder wie ik overigens die films ook niet had kunnen maken. 

Kan je dat echt vooraf veiligstellen, dat die sfeer er gaat zijn om zo te werken als je werkelijk wil?

Casta Diva en ook Naughty Boys zijn werkelijk geschreven en gemaakt voor die en die welbepaalde personen voor en achter de camera. Soms geef je dan vrienden de kans om eens dingen te doen die ze dolgraag eens zouden doen, maar waar ze nooit de kans toe kregen. Iemand waar ik bv. van weet, of hij dat nu zelf zegt of niet, dat hij eens vanachter die camera weg wil om te acteren, die geef je eens de kans. Zo groeit de film ook, door het bezig zijn met vrienden. Die danst erg graag, wel, geef hem eens de kans het te doen, zoals in Naughty Boys. Dat is echt boeiend en interessant, dan gebeurt het echt sàmen.

En als je de middelen zou krijgen om op commerciële basis te werken, met grote namen bv.?

Dan zou ik heel andere films maken, maar daar voel ik momenteel helemaal de behoefte niet toe. Stephane Audran, toch een heuse star, wou dolgraag in Naughty Boys meedoen in de rol van Daisy. Dat zou ik dan niet weigeren, want dan zou zij zich aan mijn, onze stijl aanpassen en niet omgekeerd. Het kon nu niet, omdat we dan in september hadden moeten draaien, omdat zij bezig was daarvoor, en dan zou het voor een groot deel van de ploeg weer niet meer gekund hebben. Dus hebben we hem zonder haar in juni gedraaid. Ik wou niet per sé Stephane Audran hebben, dat ware een commerciële toegeving geweest, die de sfeer zou verknoeid hebben. Ook al was het dan fijn van haar om zich op basis van Casta Diva zelf aan te bieden, iets wat ik haar nooit zou kunnen vragen; ik kan haar de faciliteiten, het geld enz. niet bieden dat ze normaal krijgt voor dit werk.

Helemaal dezelfde redenering dus als daarstraks, toen je zei: “je moet je mogelijkheden én beperkingen goed inschatten”.

Precies. Dan kan je perfect werken, binnen je terrein. Daarvoor hoef je helemaal geen groot geld, geen grote middelen. Er moeten geen doden vallen tijdens de draaiperiode om een belangrijke film te hebben. Ik weet dat Chantal Akerman bv. een film nagenoeg volledig in een keuken heeft gemaakt, en dat is even overweldigend als een Fitzcarraldo bv., veel sterker zelfs. Het heeft met de mentaliteit als filmmaker te zien.

Toch zijn het niet die dagdagelijkse, ruwe realiteiten, banaliteiten misschien, waarrond bv. Chantal Akerman werkt, die algemeen als “esthetiek” worden omschreven. Dan komen eerder mooie interieurs, prachtige lichamen, Flashdance, e.d. op de voorgrond.

Ja, maar dan komen we weer bij ons vertrekpunt, dat heimwee. Dat is namelijk precies het tegengestelde van wat ik bedoel. Dat is de gedemocratiseerde esthetiek, voor iedereen hetzelfde. Wat mooi is wordt door en voor iedereen bepaald, je hebt weinig keuze. Als de pers Flashdance bv. oogverblindend noemt, heeft dat meer met mode te maken dat met esthetiek. Esthetiek kan met de mode meegaan of er tegenin gaan, maar heeft er niet noodzakelijk iets mee te maken. Als het met de mode meegaat, is het vaak een verdieping van een trend. Anders is het oppervlakkig, functioneel, maar eerder tegendraads. Het heeft verbindingen met ethiek, met levenswijze en levensvisie, en is dus duidelijk moraal. Dus ook een soort kracht. Je werkt niet vrijblijvend, behagend in de esthetiek, de echte dan. Je beïnvloedt.

(3) Eric de Kuyper op de set van Naughty Boys (Eric de Kuyper, 1984)

  • 1Voor meer informatie over de “televisiejaren” van Eric de Kuyper, zie het tweedelige interview dat in 2019 verscheen op Sabzian.

‘Seuls: Eric de Kuyper #1 – Pink Ulysses’ vindt plaats op donderdag 12 mei 2022 om 19:30 in KASKcinema, Gent. Meer informatie over het evenement vindt u hier.

Deze tekst verscheen oorspronkelijk in Andere Sinema 54, december 1983.

Beelden (1) en (2) uit Naughty Boys (Eric de Kuyper, 1984)

Beeld (3): Eric de Kuyper op de set van Naughty Boys (Eric de Kuyper, 1984)

CONVERSATION
11.05.2022
NL
In Passage, Sabzian invites film critics, authors, filmmakers and spectators to send a text or fragment on cinema that left a lasting impression.
Pour Passage, Sabzian demande à des critiques de cinéma, auteurs, cinéastes et spectateurs un texte ou un fragment qui les a marqués.
In Passage vraagt Sabzian filmcritici, auteurs, filmmakers en toeschouwers naar een tekst of een fragment dat ooit een blijvende indruk op hen achterliet.
The Prisma section is a series of short reflections on cinema. A Prisma always has the same length – exactly 2000 characters – and is accompanied by one image. It is a short-distance exercise, a miniature text in which one detail or element is refracted into the spectrum of a larger idea or observation.
La rubrique Prisma est une série de courtes réflexions sur le cinéma. Tous les Prisma ont la même longueur – exactement 2000 caractères – et sont accompagnés d'une seule image. Exercices à courte distance, les Prisma consistent en un texte miniature dans lequel un détail ou élément se détache du spectre d'une penséée ou observation plus large.
De Prisma-rubriek is een reeks korte reflecties over cinema. Een Prisma heeft altijd dezelfde lengte – precies 2000 tekens – en wordt begeleid door één beeld. Een Prisma is een oefening op de korte afstand, een miniatuurtekst waarin één detail of element in het spectrum van een grotere gedachte of observatie breekt.
Jacques Tati once said, “I want the film to start the moment you leave the cinema.” A film fixes itself in your movements and your way of looking at things. After a Chaplin film, you catch yourself doing clumsy jumps, after a Rohmer it’s always summer, and the ghost of Akerman undeniably haunts the kitchen. In this feature, a Sabzian editor takes a film outside and discovers cross-connections between cinema and life.
Jacques Tati once said, “I want the film to start the moment you leave the cinema.” A film fixes itself in your movements and your way of looking at things. After a Chaplin film, you catch yourself doing clumsy jumps, after a Rohmer it’s always summer, and the ghost of Akerman undeniably haunts the kitchen. In this feature, a Sabzian editor takes a film outside and discovers cross-connections between cinema and life.
Jacques Tati zei ooit: “Ik wil dat de film begint op het moment dat je de cinemazaal verlaat.” Een film zet zich vast in je bewegingen en je manier van kijken. Na een film van Chaplin betrap je jezelf op klungelige sprongen, na een Rohmer is het altijd zomer en de geest van Chantal Akerman waart onomstotelijk rond in de keuken. In deze rubriek neemt een Sabzian-redactielid een film mee naar buiten en ontwaart kruisverbindingen tussen cinema en leven.