Het geluk van de nomadische proletariër

Over Nomadland (Chloé Zhao, 2020)

(1) Nomadland (Chloé Zhao, 2020)

Nomadland, bekroond met een Gouden Leeuw en drie Oscars, begint met een schets van de feiten. Op een pancarte wordt uitgelegd dat de stad Empire ophield te bestaan na de sluiting van de mijn die de gehele bevolking van werk voorzag. De gemeenschap heeft zich nu noodgedwongen verspreid over het Amerikaanse vasteland, op zoek naar gelegenheidswerk. Fern, vlijtig gespeeld door Frances McDormand, is een van de slachtoffers van het afbouwen van zware industrie in Amerika. We zien hoe ze de spullen van haar gedeelde leven met haar nu overleden man achterlaat in een garage. Dan krijgen we de gevel van haar tijdelijke werkgever te zien. Daarop prijkt een gigantisch logo: Amazon. 

Wanneer ze de deur van het distributiecentrum opent, treedt Fern een nieuwe wereld binnen. Ze wandelt door de rijen pakjes en groet iemand buiten beeld voordat ze terechtkomt bij de lunchtafel waar al haar echte collega’s van hun pauze genieten. Het moge duidelijk zijn: alle mensen rond Frances McDormand zijn echt, uit het leven gegrepen, met echte verhalen, littekens en tatoeages. Wanneer zij over hun leven vertellen lijkt het alsof ze daarin geoefend zijn, alsof ze hun levensgeschiedenis al zo vaak hebben verteld aan vreemden dat ze hebben geleerd om het samen te vatten tot een “pitch”. Deze mensen zijn de moderne nomaden: ze reizen in campertjes en omgebouwde busjes door Amerika op zoek naar werk. De werknemers van Amazon krijgen korting op camperplaatsen en vormen er samen de “Amazon-community”.

Iemand met een Amazon-pet en een Amazon-T-shirt toont de tattoo die het meeste voor haar betekent: “Home is it just a word? Or is it something you carry within you?”  

Wie heeft er een huis nodig wanneer je overal thuis kan zijn? 

(2) Nomadland (Chloé Zhao, 2020)

Nomadland is opgedragen aan “zij die moesten vertrekken”, een groeiende groep mensen in Amerika die niet genoeg verdienen voor een huis en zo tot een nomadische levensstijl zijn gekomen. Ze zijn altijd “on the road”; in het Engels klinkt het als een slogan. Naast vloeiende tracking shots van de Amazon-fabriek bevat Nomadland adembenemende natuurbeelden en intimistische portretten van mensen die van hun noodlot een levensstijl hebben gemaakt.  

Na een aantal eenzame en koude nachten besluit Fern naar een bijeenkomst van “vandwellers” te gaan. Tijdens het zogenaamde “Rubber Tramp Rendezvous” onderwijst initiatiefnemer en inspirator Bob Wells manieren om het nomadisch bestaan makkelijker te maken. Hij heeft zelfs een eigen pagina bij Amazon, waar men alle zaklampen, frigo’s, toiletemmers, slaapzakken en kacheltjes kan vinden die van pas kunnen komen.

Wanneer iedereen zich op klapstoeltjes heeft verzameld geeft Wells een speech: “We accepteren niet alleen de tirannie van de dollar, van de werkplek, we omarmen het zelfs. We leven met plezier onder het juk van de dollar, tot het einde van onze dagen. Maar de Titanic is aan het zinken en mijn doel is om zo veel mogelijk mensen in de reddingsboten te krijgen.”

Fern luistert er met gespitste oren naar. Na de toespraak ontmoet ze de mensen die zich hier verzameld hebben. Ze hoort verhalen aan over ziekte, trauma of financiële moeilijkheden die ze, ieder op hun eigen manier, hebben overwonnen. 

Frances McDormand dwaalt door de werkelijkheid en is het luisterend oor, het klankbord voor hun ervaringen. Om haar betrokkenheid kracht bij te zetten raakt zij de werkelijkheid aan. Zoals koning Midas alles in goud veranderde wat hij aanraakte, zo lijkt het contact tussen McDormand en de realiteit ook een betoverende transformatie in gang te zetten. De ster raakt de pauper aan en wordt zo besmet, niet door zijn armoede, maar door zijn waarachtigheid. Andersom werkt het ook: de gewone mensen veranderen door haar aanraking van figuranten in personages. De regisseuse Chloé Zhao wil de onzichtbare mensen van Amerika met de toeschouwer in contact laten komen via de cinematografische transformatie van de aanraking. Alleen maar kijken is niet genoeg. En dus zien we hoe McDormand de elleboog van haar collega beroert, hoe ze handen omvat die een steen vasthouden en ze een vuurtje geeft aan een eenzame reiziger met cowboyhoed.

(3) Nomadland (Chloé Zhao, 2020)

In een andere film zou deze jongeman een cowboy geweest zijn, die zwijgzaam het land doorkruist op zijn paard. De cowboys uit vroegere tijden behielden hun waardigheid tijdens hun rusteloze tochten, maar deze jongen is verlopen en eenzaam. Hij is berooid en heeft niet de kracht om het oer-Amerikaanse thema te incorporeren. Zijn personage lijkt te willen zeggen dat het droombeeld van de filmcowboy is verbrokkeld. Zhao stelt een nieuw soort icoon voor: de vandweller. Fern geeft hem liefdesraad en citeert een gedicht dat hij aan zijn geliefde kan schrijven. Hij kijkt naar haar op. 

De cowboy uit de Amerikaanse filmische verbeelding heeft nooit werkelijk bestaan. Toch heeft dit archetype bijgedragen aan cultuurvorming. Dit figuur met zijn voortvarendheid, kracht en onafhankelijkheid zit vervat in het DNA van de Amerikaanse cultuur. Het zou zomaar kunnen dat Zhao met haar film ook cultuurvorming beoogt. Zoals de Jamaicaans-Britse cultuurtheoreticus Stuart Hall omschreef is de belangrijkste dimensie van media de productie, reproductie en transformatie van ideologie. “Wat ze ‘produceren’ zijn representaties van de sociale wereld; beelden, beschrijvingen, verklaringen en kaders om te begrijpen hoe de wereld is en waarom de wereld werkt zoals gezegd en getoond wordt dat ze werkt.”1 Volgens hem is er altijd een wisselwerking tussen het afbeelden en het vormen van een wereld. Een film doet ons begrijpen waarom de werkelijkheid op een bepaalde manier wordt voorgesteld. Films verklaren én bestendigen beeldvorming, waarbij het woord “beeldvorming” zowel slaat op de manier waarop zaken in beeld worden gebracht als het gedachtegoed dat daaruit voortkomt. Nomadland is een voorstel, een uitnodiging om een groeiende groep werkende armen in een welbepaald ideologisch raamwerk te plaatsen. De tattoo van de dakloze arbeider is een teken dat Nomadland een ideologie creëert waarin je je thuis kunt voelen. Want wie heeft een huis van steen nodig wanneer je kunt leven in een idee?

We zien hier een voorbeeld van wanneer Fern vriendschap sluit met Swankie, een oudere vandweller. De twee vrouwen helpen elkaar, de een met kennis en de ander met fysieke kracht. Dan vertelt Swankie dat ze kanker heeft. Ze heeft nog één droom: voor de laatste keer oeverzwaluwen zien. Jaren geleden beleefde ze de gelukkigste dag van haar leven toen ze zwaluwen over haar hoofd zag overvliegen. Met tientallen tegelijk kwamen de kuikens naar buiten en lieten eierschaaltjes in het water vallen, die als kleine bootjes op het wateroppervlak dreven. De wens dit spektakel ooit nog eens te zien houdt haar op de been. 

Later, nadat hun wegen zich hebben gescheiden, krijgt Fern een filmpje van Swankie toegestuurd. De beelden van de elegante beestjes ontroeren Fern tot tranen toe: de droom van haar vriendin is werkelijkheid geworden! Haar laatste wens is vervuld, dus kan ze zich rustig overgeven aan de dood. Het feit dat ze niet had hoeven sterven als ze het geld had gehad voor een behandeling van haar kanker blijft onbesproken. De poëzie van het Amerikaanse leven bestaat uit een vrijheid die mensen met de dieren delen. Zoals de zwaluwen leven in groep en sterven in hun eentje wanneer God hen tot zich roept, zo zijn ook de mensen ondergeschikt aan dezelfde dierlijke vrijheid. Het leven en de dood zijn persoonlijke zaken waar enkel God over waakt, geen staat of gezondheidssysteem. 

(4) Nomadland (Chloé Zhao, 2020)

De scène waarin de laatste wens van een stervende vrouw in vervulling gaat wordt onderstreept door een indrukwekkende muziekscore. Bij de toeschouwer wordt een specifiek soort mededogen en sereniteit opgeroepen. Deze prachtige veerkrachtige mensen slagen erin om in kleine momenten het geluk te vinden. Ze hebben niet veel nodig in dit leven met als motto “carpe diem”. De ontroering van de toeschouwer heeft op dit moment nog maar een klein rouwrandje. De gedachte dat er iets mis is met een samenleving waarin mensen in extreem precaire situaties terechtkomen dooft al snel uit in de paarse avondschemering. Ze zijn arm maar gelukkig. En ergens sluimert de gedachte “ze zijn gelukkig omdat ze arm zijn”. 

Nomadland affirmeert en onderstreept hoe prachtig het is dat mensen van iedere tegenslag een groeiproces kunnen maken. Ja, het is een moeilijk leven soms, maar alle personages lijken ons er steeds opnieuw van te willen overtuigen dat armoede een uitnodiging is tot een zelfhelend proces. Tijdelijke contracten kunnen gezien worden als een instrument waarmee een avontuurlijke nieuwe arbeidersklasse wordt gevormd. De zus van Fern zegt bijna jaloers: “Jullie zijn de nieuwe pioniers. Het is prachtig.” En zoals Slavoj Žižek schreef: “Dit is hoe onze hegemonische ideologie arbeiders graag ziet – geen wonder dat de film de grote winnaar was bij de laatste Oscaruitreiking. Ook al zijn de levens die getoond worden vrij miserabel, toch worden we door de film omgekocht om van de charmante details van een specifieke levenswijze te genieten. De ondertitel had kunnen zijn: ‘Geniet ervan om een nomadische proletariër te zijn!’”2

De bijeenkomst van de vandwellers die in Nomadland wordt gefictionaliseerd vindt in werkelijkheid op jaarlijkse basis plaats. Bob Wells beheert een YouTube-kanaal3 waarop hij campertips deelt en videoportretten maakt van mede-vandwellers. Hij drukt zich uit in inspirational quotes gebaseerd op Shakespeare, Emerson of Sint-Augustinus, of de volgende van Elise Boulding: “Soberheid is een van de mooiste en meest vreugdevolle woorden in de Engelse taal, en toch één waar we cultureel van zijn afgesneden om het te kunnen begrijpen en van te genieten.”

Het is een al te bekende formule: het systeem eigent zich de kritiek erop toe om het onschadelijk te maken. Alternatieve tegenculturen worden veilig weggeborgen in het overkoepelende narratief. Maar dat de nomadische proletariërs zelf meewerken aan de romantisering van de ontberingen in hun leven resulteert in een vreemde verstrengeling van aanvaarding en rebellie. In de interviews die Wells met zijn medereizigers afneemt blijkt hoe mensen hun ongeluk door de manier waarop ze hun levensloop onder woorden brengen ombuigen tot een geluk en zelfs een manier om tegen de kapitalistische ideologie in te gaan. Deze mensen zijn niet alleen inventief met de beperkte ruimte van hun auto of minivan, maar óók met het vormgeven van het narratief rond hun eigen socioculturele situatie. 

(5) Nomadland (Chloé Zhao, 2020)

Aan de basis van hun ongelofelijke optimisme ligt de vrijheid om te reizen. Met hun wagen zijn de nomaden mobiel, en die mobiliteit kunnen ze inzetten bij het vormen van een verhaal waarin zij op ontdekkingsreis zijn. Rijden, het onderweg zijn in een al dan niet zelf omgebouwde camper doet denken aan de talloze roadmovies die Hollywood heeft voortgebracht, een andere troop waar Zhao dankbaar gebruik van maakt. De vandweller is een avonturier die mensen en landschappen ontdekt tijdens een tocht waarin niet het einddoel maar de weg zelf belangrijk is. De bestuurder heeft zowel letterlijk als figuurlijk het stuur in handen: hij of zij beslist zelf welke weg er wordt ingeslagen, opnieuw letterlijk én figuurlijk. In de auto ontmoet de realiteit haar metaforische ruimte.  

Het camerawerk van Joshua James Richards wordt gekarakteriseerd door een gladheid die in de traditie past van het filmen van auto’s. De uitgestrekte landschappen met eenzame camper doen dikwijls denken aan reclamebeelden. We zien wuivend gras, stekelige cactussen, een ondergaande zon en onverwoestbare wagens die over onberispelijke wegen suizen. Dit is geen toeval. Voor Ford regisseerde Zhao ook een reclamefilm genaamd “Make it Revolutionary”.4 In deze film herkennen we dezelfde esthetiek en dezelfde romantisering van het gemotoriseerde privévervoer. De beelden zijn zo goed als inwisselbaar met Nomadland. Op de website van Ford is te lezen dat Zhao zelf een persoonlijke relatie heeft met het merk Ford. “She built a camper van out of a Ford Transit and often travels and works from it.” 

De portrettering van de vandwellers in Nomadland sluit naadloos aan bij de promotie van de loyaliteit aan een merk dat niet alleen staat voor een vervoersmiddel, maar vooral voor een levenswijze. 

(6) Make it Revolutionary (Chloé Zhao, 2021)

Door de revolutie in marketing die de auto-industrie ontketende, is deze industrie historisch verbonden met mythen en ideologieën. Ook Make it Revolutionary presenteert een mythe waarin avontuurlijke automobilisten de Amerikaanse natuur doorkruisen om hun vrienden en familie te ontmoeten voor wat quality time. De vette voice-over vertelt: “Take the ordinary – and make it revolutionary. Take the truck our parents used to build this country – and make it electric. Take who we are – and make it into where we are going.” De auto’s in de Ford-reclame zijn elektrisch en dragen bij aan de groene transitie. Deze insteek bij autoreclames zie je steeds vaker, waarbij het idee wordt gepromoot dat je het klimaat kunt redden door auto te rijden. De reclame spreekt de consument aan op positieve waarden. Ten eerste onderschrijf je de ideologie van “het land dat door onze ouders gebouwd is”, en ten tweede doe je iets goeds voor het klimaat, ook al is in werkelijkheid niets minder waar. Het engagement voor het goede doel dat in deze commercial in de verf wordt gezet is van hetzelfde slag als het sociaal engagement van Nomadland, dat een gelijkaardige opgewekte boodschap verkondigt. Het gaat niet langer om een reële situatie, maar om de manier waarop je je leven in een mythe kunt transformeren. Vanuit de Ford-reclame stappen we moeiteloos over naar het Thanksgiving-diner dat Fern deelt met de vriend die ze onderweg ontmoette. 

Echter, na het Thanksgiving-diner vertrekt ze al snel, net als de ondernemende types in “Make it Revolutionary” zouden doen. Ooit verbond Ford auto’s met een levensstijl. Het busje van Fern draagt de veelzeggende naam “Vanguard”. Wanneer Fern wegrijdt van het gastvrije huis laat ze haar potentiële geliefde achter. De open ruimte is haar liever. Ze rijdt naar de zee om er eens lekker uit te waaien en van haar vrijheid te genieten. Ze wijst de mogelijkheid van een stabiel inkomen en het comfort van een woning vol goede moed af. Haar “Vanguard” is de motor van haar onafhankelijkheid waarmee ze door de natuur trekt op weg naar tijdelijke arbeidscontracten. In dit vrijheidsverhaal waarin de totale ongebondenheid aan een werkgever als emanciperend wordt voorgesteld zal Fern een open relatie blijven onderhouden met Amazon. Ze kan weggaan, maar ze zal altijd weer in zijn armen terugkomen. De armen van een werkelijke man zijn veel gevaarlijker, want wanneer je je daaraan overgeeft moet je de met pijn en gemis opgebouwde ideologie van onafhankelijkheid opgeven. Dit kan Fern niet. Ze heeft zo veel werk gestoken in het ombouwen van haar auto tot een thuis en het omvormen van haar ongeluk tot een levensstijl dat toegeven aan het comfort van een monogame verbinding met een man en zijn huis onmogelijk wordt. Zij en allen die in hetzelfde ideologische verhaal reizen zijn al zo ver op deze weg voortgegaan dat ze niet meer kunnen omkeren. 

(7) Nomadland (Chloé Zhao, 2020)

Met dank aan Ruben Desiere.

Beelden (1), (2), (3), (4), (5) en (7) uit Nomadland (Chloé Zhao, 2020)

Beeld (6) uit Make it Revolutionary (Chloé Zhao, 2021)

ARTICLE
23.03.2022
NL
In Passage, Sabzian invites film critics, authors, filmmakers and spectators to send a text or fragment on cinema that left a lasting impression.
Pour Passage, Sabzian demande à des critiques de cinéma, auteurs, cinéastes et spectateurs un texte ou un fragment qui les a marqués.
In Passage vraagt Sabzian filmcritici, auteurs, filmmakers en toeschouwers naar een tekst of een fragment dat ooit een blijvende indruk op hen achterliet.
The Prisma section is a series of short reflections on cinema. A Prisma always has the same length – exactly 2000 characters – and is accompanied by one image. It is a short-distance exercise, a miniature text in which one detail or element is refracted into the spectrum of a larger idea or observation.
La rubrique Prisma est une série de courtes réflexions sur le cinéma. Tous les Prisma ont la même longueur – exactement 2000 caractères – et sont accompagnés d'une seule image. Exercices à courte distance, les Prisma consistent en un texte miniature dans lequel un détail ou élément se détache du spectre d'une penséée ou observation plus large.
De Prisma-rubriek is een reeks korte reflecties over cinema. Een Prisma heeft altijd dezelfde lengte – precies 2000 tekens – en wordt begeleid door één beeld. Een Prisma is een oefening op de korte afstand, een miniatuurtekst waarin één detail of element in het spectrum van een grotere gedachte of observatie breekt.
Jacques Tati once said, “I want the film to start the moment you leave the cinema.” A film fixes itself in your movements and your way of looking at things. After a Chaplin film, you catch yourself doing clumsy jumps, after a Rohmer it’s always summer, and the ghost of Akerman undeniably haunts the kitchen. In this feature, a Sabzian editor takes a film outside and discovers cross-connections between cinema and life.
Jacques Tati once said, “I want the film to start the moment you leave the cinema.” A film fixes itself in your movements and your way of looking at things. After a Chaplin film, you catch yourself doing clumsy jumps, after a Rohmer it’s always summer, and the ghost of Akerman undeniably haunts the kitchen. In this feature, a Sabzian editor takes a film outside and discovers cross-connections between cinema and life.
Jacques Tati zei ooit: “Ik wil dat de film begint op het moment dat je de cinemazaal verlaat.” Een film zet zich vast in je bewegingen en je manier van kijken. Na een film van Chaplin betrap je jezelf op klungelige sprongen, na een Rohmer is het altijd zomer en de geest van Chantal Akerman waart onomstotelijk rond in de keuken. In deze rubriek neemt een Sabzian-redactielid een film mee naar buiten en ontwaart kruisverbindingen tussen cinema en leven.