Kunnen we in contact treden met wat is?

VERTAALD DOOR TRANSLATED BY TRADUIT PAR Gerard-Jan Claes

D'Est (Chantal Akerman, 1993)

De werkelijkheid, dat is wat is. Dat klinkt eenvoudig. En toch, als we haar proberen te definiëren, worden we er duizelig van.

De vraag is waarschijnlijk hoe wij, mensen, in contact kunnen treden met wat is?

Soms brengt een zeer groot lijden of een zeer grote schoonheid ons in een staat van kwetsbaarheid die zo sterk is dat we geen grens meer voelen tussen onszelf en de wereld. Onze bescherming valt weg, onze schelp verdwijnt, we weten niets meer. Op deze momenten onttrekken we ons niet langer aan de werkelijkheid. Ze is daar, tegenover ons, in ons, alsof onze ogen ontwaken en we alles voor het eerst waarnemen. De werkelijkheid is datgene wat voorbij de schijn is, wat tot ons komt door de liefde of de dood, wanneer we niet meer kunnen ontsnappen, wanneer we onszelf niet meer kunnen beschermen.

De angst verblindt ons. Angst voor het duister, voor het onbekende, angst voor openheid, angst voor onszelf, waardoor we alles willen controleren. Om dit gevoel van angst te bezweren, om dit raadsel dat ons zorgen baart te doorprikken, proberen we de werkelijkheid vast te houden, te temmen door haar te kopiëren. We maken beelden die meer en meer gedefinieerd zijn, scherper en scherper, we fotograferen alles en overal, we denken naïef dat als we erin slagen om haar te controleren, we de werkelijkheid zullen vastleggen en ze niet meer zal wegglippen. We willen de sterkste zijn en nooit verrast worden. Dus sluiten we ons op in zekerheden en ontsnapt de werkelijkheid. Want de werkelijkheid is geen vaste, eindige, onbeweeglijke entiteit. Anders zou er maar één manier van denken zijn, één schoonheid, één waarheid. En dat zou verschrikkelijk zijn. 

De werkelijkheid leeft, beweegt, als een rondfladderende vlinder waarvan de kleuren veranderen volgens de lichtinval. Om erdoor geraakt te worden, moet men aanvaarden haar te volgen zonder te weten waar ze naartoe gaat, ernaar te kijken zonder haar te analyseren, zonder te proberen haar te bevriezen of te vangen. Aanvaarden om in deze vluchtige tijd bij haar te zijn, aanvaarden dat ze gisteren een rups was en dat ze morgen anders zal zijn, het heden te beleven zonder angst voor verdwijning.

Als kunst de werkelijkheid kan laten verschijnen, kan ze dat alleen doen door het ongrijpbare te verwelkomen, door de bereidwilligheid zichzelf te verliezen, door weerstand te bieden aan de geruststellende verleiding van de verklaring en de troost van het vooraf geplande dispositief. We verwachten soms dat cinema, en met name documentaires, een beschrijving zijn van de werkelijkheid, ons informeren of boodschappen overbrengen. Maar in het licht van de informatie zijn we passief. Kunst informeert ons niet, ze verbindt ons met de wereld en met onszelf. Ze bevrijdt ons, stelt ons in vraag en kalmeert ons ook.

Er is iets in beelden dat veel diepzinniger en mysterieuzer is dan de kopie van de zichtbare wereld. Beelden spreken tot ons, een beetje zoals dromen. In de montage vermijd ik die beelden die meteen betekenisvol zijn, die illustreren, aanwijzen of fascineren, die de vlinder omsluiten of zijn vleugels afsnijden. Ik kijk en luister, met al mijn zintuigen op de uitkijk. Ik ben gevoelig voor nuances, voor kleine dingen. Het kan de manier zijn waarop iemand zijn beker op tafel zet, het geritsel van een blad, de tederheid van een gezicht, het groen van een weiland, de beweging van een boom, het geluid van de wind, of zelfs het patroon van een tafelkleed. Waarom laten bepaalde beelden iets van de werkelijkheid trillen in ons? Het gaat niet om de hoek, de lens, de schaal of het aantal pixels. Ware beelden zijn bevrijd van de principes van waarheidsgetrouwheid of volledigheid, ze reiken verder dan de representatie van een objectiviteit en zijn ook niet louter de uitdrukking van een subjectiviteit. Ware beelden zijn geen beelden die ons opslokken, maar beelden die ons dwingen te zoeken, te ontdekken, onze eigen relatie met de wereld te weven, in de wereld te zijn. Ze onthullen zich niet op het eerste gezicht maar klinken juist. Ze breken open, zetten ons in beweging, helpen ons te denken, te leven. Hun betekenis onthult zich beetje bij beetje, dankzij de ruimte, dankzij de tijd – de tijd die we nodig hebben om niet meer te proberen te herkennen, om niet meer te proberen getroost te worden.

Deze tekst is origineel geschreven en gepubliceerd ter gelegenheid van de publicatie van het boek Qu’est-ce que le réel ? Des cinéastes prennent position (2018), redactie door Andréa Picard. 

Met dank aan Claire Atherton

ARTICLE
18.11.2020
NL FR EN
In Passage, Sabzian invites film critics, authors, filmmakers and spectators to send a text or fragment on cinema that left a lasting impression.
Pour Passage, Sabzian demande à des critiques de cinéma, auteurs, cinéastes et spectateurs un texte ou un fragment qui les a marqués.
In Passage vraagt Sabzian filmcritici, auteurs, filmmakers en toeschouwers naar een tekst of een fragment dat ooit een blijvende indruk op hen achterliet.
The Prisma section is a series of short reflections on cinema. A Prisma always has the same length – exactly 2000 characters – and is accompanied by one image. It is a short-distance exercise, a miniature text in which one detail or element is refracted into the spectrum of a larger idea or observation.
La rubrique Prisma est une série de courtes réflexions sur le cinéma. Tous les Prisma ont la même longueur – exactement 2000 caractères – et sont accompagnés d'une seule image. Exercices à courte distance, les Prisma consistent en un texte miniature dans lequel un détail ou élément se détache du spectre d'une penséée ou observation plus large.
De Prisma-rubriek is een reeks korte reflecties over cinema. Een Prisma heeft altijd dezelfde lengte – precies 2000 tekens – en wordt begeleid door één beeld. Een Prisma is een oefening op de korte afstand, een miniatuurtekst waarin één detail of element in het spectrum van een grotere gedachte of observatie breekt.
Jacques Tati once said, “I want the film to start the moment you leave the cinema.” A film fixes itself in your movements and your way of looking at things. After a Chaplin film, you catch yourself doing clumsy jumps, after a Rohmer it’s always summer, and the ghost of Akerman undeniably haunts the kitchen. In this feature, a Sabzian editor takes a film outside and discovers cross-connections between cinema and life.
Jacques Tati once said, “I want the film to start the moment you leave the cinema.” A film fixes itself in your movements and your way of looking at things. After a Chaplin film, you catch yourself doing clumsy jumps, after a Rohmer it’s always summer, and the ghost of Akerman undeniably haunts the kitchen. In this feature, a Sabzian editor takes a film outside and discovers cross-connections between cinema and life.
Jacques Tati zei ooit: “Ik wil dat de film begint op het moment dat je de cinemazaal verlaat.” Een film zet zich vast in je bewegingen en je manier van kijken. Na een film van Chaplin betrap je jezelf op klungelige sprongen, na een Rohmer is het altijd zomer en de geest van Chantal Akerman waart onomstotelijk rond in de keuken. In deze rubriek neemt een Sabzian-redactielid een film mee naar buiten en ontwaart kruisverbindingen tussen cinema en leven.